Minnevaer (ca. 1599) door Laurens Jansz. (ca. 25 min.), hertaling drs JFJ Volkers (febr.2009)
De klucht Minnevaer is op de keper beschouwd een tijdkritisch stuk, waarin de humor wat meer tussen de regels door te ontdekken is. Minnevaer krijgt van een wijs man (dokter) te horen dat hij de kosten voor de opvoeding van zijn 7 kinderen bij God of Gods gezant (de paus, hier ook als stadhouder omschreven) kan verhalen. Samen met zijn vrouw Lubbeken maakt hij een voetreis naar Rome om op audiëntie te gaan bij de paus. De (katholieke) kerk en de paus worden in dit stuk indirect bekritiseerd voor hun zelfzuchtig gedrag. Het volgend tekstfragment laat dit fijntjes zien:
Paus: Over materie hoor je de kerk nooit praten.
Het gaat ons om het geestelijke, voor u hebben we nog heel wat aflaten.
Zeer gretig aftrek vinden deze spullen.
Lubbeken: Heer, daarmee kunnen we geen kindermagen vullen.
Paus: Deze aflaten zijn bijzonder en zullen ieders ziel spijzen. U kunt hiermee gerust weer huiswaarts reizen.
Wees hiermee tevree, het is weldra weer goed met u gesteld.
Minnevaer: Nee, mijnheer, wij hebben liever wat geld.
Straks hebben we dat hele end voor niets gelopen.
Geef wat ons toekomt, zo kunnen we eten kopen.
Paus: Wat u doet, is slechts het aardse slijk begeren.
De kerk is ontvanger, maar heeft het niet zo met uitkeren.
Lubbeken: Zo krijgt deze reis toch een naar slot.
Is dan niemand begaan met ons lot?
Minnevaer: Voor niets zijn we bij de stadhouder geweest.
Paus: Integendeel: Geld bederft slechts de menselijke geest.
Zondig dus niet tegen de Roomse rituelen! (paus af)
Lubbeken: De rijkdom wil de kerk niet met ons delen.
Minnevaer: Ja, vrouwe, we zijn slachtoffer als zovelen. Laten we de mensheid maar berichten over ons geval. Zodat zij nooit een voetreis naar Rome maken zal!
Deze klucht is tot heden alleen in Leiden (Lakenfeesten 2010) gespeeld. Men kon smakelijk lachen om de verborgen grapjes in dit stuk. Niet onbelangrijk was dat de kerk op dat moment nogal (negatief) in het nieuws was.